Zomerbanden waren een aantal jaren geleden beter bekend als “normale” autobanden. Sinds de opkomst van de winterband worden de verschillen tussen zomer- en winterbanden echter steeds belangrijker. De grootste verschillen zijn het profiel en de rubbersamenstelling. Met name deze rubbersamenstelling zorgt ervoor dat het rijden van zomer- en winterbanden aan te bevelen is.

Een zomerband komt het best tot zijn recht bij normale Nederlandse weersomstandigheden met temperaturen boven de 7 graden. Dit is meestal het geval tussen eind maart en begin oktober. Word het weer wat warmer buiten? Dan is het omwisselen naar zomerbanden dus aan te raden!

Boven een temperatuur van 7 graden zal de zachte rubbersamenstelling van een winterband namelijk meer vervormen dan de stuggere rubbersamenstelling van een zomerband. Hierdoor wordt het stuurgedrag  minder precies en zullen de banden eerder slippen. Het gevolg is een langere remweg en snellere slijtage. Kies daarom voor de juiste band op het juiste moment. Winterbanden in de winter, zomerbanden in de zomer!

Rijdt u niet zo veel kilometers, maar wilt u toch extra veiligheid bij winterse omstandigheden?
Dan is een allseason- / vierseizoenenband misschien een goed alternatief. Wij informeren u graag over de mogelijkheden.

Voor meer informatie over zomer- en winterbanden: zie www.debandenwisselweken.nl